
Om maar gelijk met de deur in huis te vallen met de belangrijkste conclusie van dit idee: laat het staatshoofd ceremonieel zijn! Dus niet met executieve functies!

Of het een erfelijke monarch, een keurvorst die voor het leven gekozen wordt of een gekozen president is, maakt misschien allemaal niet eens zo heel veel uit; als het maar een ceremoniële functie is en geen executieve.
A) Absolute erfelijke monarch
Er is behoorlijk wat ervaring met erfelijke dynastieën en die presteren niet al te best als het gaat om duurzaam geluk voor iedereen. Zo telde het Romeinse Rijk ongeveer zeventig keizers (beetje lastig tellen, want de opvolging was regelmatig best rommelig), maar volgens De Heerser van Machiavelli (1532) konden er maar vijf aangemerkt worden als “goede” keizers. En de allerslechtste keizers… Game of Thrones is er niets bij. De 500 jarige geschiedenis van het West-Romeinse Rijk telde aanzienlijk meer “Joffreys” dan “John Snows”.

B) President met executieve macht
Presidenten met veel executieve macht zijn niet veel beter dan erfelijke monarchen. Presidentiële of zelfs semi-presidentiële republieken scoren dan ook niet hoog op de Democracy Index van The Intelligence Unit van The Economist.

Costa Rica is een uniek geval. Het heeft wel een president met executieve macht, maar geen leger om die macht te ondersteunen. Dus is dat werkelijk winner-takes-all? Ik neig naar niet.
Ook al zijn veel presidenten in naam ondergeschikt aan de parlementen in hun respectievelijke landen; in praktijk blijken zaken toch anders te liggen. Parlementen zijn onderling verdeeld en bestaan grotendeels uit vrij onbekende leden, die weinig invloed hebben in het publieke debat.
Dus een president die al redelijk wat executieve macht heeft, kan makkelijk partijen en individuele parlementsleden tegen elkaar uitspelen. In een meerpartijenstelsel is de onderlinge verdeeldheid gelijk al zo groot, dat het parlement vaak een tandeloze tijger is ten opzichte van een president met executieve macht.
In winner-takes-all parlementen die meestal verworden zijn tot tweepartijenstelsels, is de strijd om de genomineerde te worden in een district en de aansluitende verkiezing om die ene zetel een makkelijk te beïnvloeden proces. Je wilt dan als relatief onbekende politicus niet je carrière verknallen door tegen de haren van een machtige president in te strijken. Gevolg: het parlement raakt grotendeels gevuld met willoos klapvee dat zich vooral zorgen maakt om de eigen politieke toekomst, die sterk afhankelijk is van de steun van politieke zwaargewichten zoals de president.
De zogenaamde Founding Fathers van de Amerikaanse republiek hadden oorspronkelijk bedacht dat de meeste macht bij het congres zou liggen. Dat is in praktijk nogal een misrekening gebleken: ondanks talloze disfunctionele presidenten is het het congres nog nooit gelukt een president af te zetten volgens een zogenaamd impeachment proces. Nee, ook Nixon was niet afgezet. Het congres eiste dat hij de opnames die hij had gemaakt van bijeenkomsten in the Oval Office met hen zou delen. Kennelijk was de inhoud van die Nixon tapes dermate explosief, dat hij liever een deal sloot door zelf af te treden.
Presidenten met grote executieve macht zijn dus de facto alleenheersers. Tijdelijk, maar toch. En kunnen vanuit die positie van macht makkelijk het hoofd verliezen, zoals bijvoorbeeld de voorheen politieke lichtgewicht Harry S. Truman die eenmaal als president twee atoombommen liet vallen op Japan en door zijn bruuske gedrag ten opzichte van de Soviet-Unie de Koude Oorlog hielp ontketenen.

Dus laat een staatshoofd alsjeblieft ceremonieel zijn. Relatief makkelijk de mond te snoeren of zelfs af te zetten. Want als dat niet zo is, is het wachten op het moment dat er een keer een president definitief de macht grijpt en de facto een dynasty sticht, zoals talloze “republieken” in Afrika en Zuid-Oost Azië.

C/D) Ceremoniële president of monarch
Ceremonieel dus. Maar of dat ceremoniële staatshoofd een gekozen president of een erfelijke monarch betreft, lijkt niet eens zo heel veel uit te maken. In de top tien van gelukkigste landen ter wereld (2024) staan Finland, IJsland, Israel en Zwitserland met ceremoniële presidenten; en Denemarken, Zweden, Nederland, Noorwegen, Luxemburg en Australië met ceremoniële monarchen. Vier presidenten om zes monarchen. Aangezien er wereldwijd bijna twee keer zoveel landen met ceremoniële presidenten zijn dan met cermoniële monarchen, laat die verhouding een bescheiden overwinning zien voor ceremoniële erfopvolging.
E) Preferentieel gekozen president
De Ierse manier om tot hun president te komen via preferentiële selectie (instant runoff voting) verdient extra aandacht. In theorie kunnen er in Ierland heel veel verschillende kandidaten voorgedragen worden, die vervolgens één voor één afvallen tot er uiteindelijk één iemand overblijft met een absolute meerderheid.
Dat klinkt in theorie als een hoop gedoe, maar in praktijk wil geen enkele partij gezichtsverlies lijden door een kansloze presidentskandidaat voor te dragen. Dus zijn er in de praktijk maar hooguit twee kandidaten; en niet zelden is het er zelfs maar eentje. Alle presidenten die Ierland ooit gehad heeft waren door dit selectieproces echte verbinders en stuk voor stuk razend populair.
Dus als Nederland ooit een republiek wordt: dan graag volgens het Ierse model. Maar dat koningshuis van ons is dus ook zo slecht nog niet. Het heeft kennelijk waarde als je een kind van jongsaf aan opvoedt om het gezicht van een natie te worden, terwijl die tegelijkertijd ook donderdsgoed weet dat die positie als monarch kwetsbaar is en afhankelijk van een brede steun uit de bevolking.
Bescheidenheid siert de mens; of die nou gewoon burger is of een erfelijke monarch.
F) Geloot staatshoofd
En wat als we het lot willekeurig zouden laten bepalen wie er leider wordt?
Hoewel ik veel hoop heb dat representatie via willekeurige loting van burgers kan helpen om de kwaliteit van onze democratie te vergroten, is het op soortgelijke wijze kiezen van een enkel staatshoofd heel andere koek.
Bij het vullen van een burgerberaad, een raad van bestuur of zelfs een deel van het parlement op basis van loting, helpen de aantallen om corruptie te voorkomen. De meeste mensen deugen en er zit meestal een flinke hoeveelheid wijsheid in een grote groep willekeurig bij elkaar verzamelde mensen.
Maar individueel kan een mens juist enorme blinde vlekken hebben, waarvan die zichzelf niet eens bewust is. Om nog niet te spreken van de aanzienlijke kans om een keertje echt een zelfzuchtige narcist teveel macht te geven.

Want ceremonieel of niet: een staatshoofd heeft aanzienlijke macht. Dat is nou net geen plek waar je Russische roulette om moet spelen.
Blijkbaar ben ik toch geen gebroken plaat, ondanks mijn schier eindeloze gepraat over het burgerberaad…
Conclusie
In dit hoofdstuk zijn zeven manieren de revue gepasseerd om staatshoofden te selecteren. Het belangrijkste criterium voor een staatshoofd bij wie het duurzaam geluk voor iedereen in goede handen is: niet teveel macht. Vooral een ceremoniële functie.
Helaas wordt de wereld juist gedomineerd door staatshoofden met aanzienlijke executieve macht. De Verenigde Staten, China, Rusland, Frankrijk, Brazilië, Indonesië en Nigeria zijn allemaal regionaal of zelfs wereldwijd dominante landen en hebben presidenten met aanzienlijke executieve macht. Saoedi-Arabië heeft zelfs een absolute monarch als staatshoofd.
Daar verandering in brengen is een enorme uitdaging, maar het zal vroeg of laat wel moeten. En vroeg of laat komen er ook kansen daartoe. Misschien blijkt de enorme frustratie over het presidentschap van Donald Trump op de lange duur wel een zegen te zijn, omdat het de kwetsbaarheid van dat winner-takes-all politieke systeem bloot heeft gelegd.
Ook bijvoorbeeld Poetin heeft niet het eeuwige leven. En wie weet is er al ergens een Gorbatsjov-in-de-dop die bereid is om een perestrojka 2.0 door te voeren. Er komen kansen voor verandering, maar het is belangrijk om die dan te grijpen en niet zo makkelijk te verkwanselen, omdat we op het moment dat de kans zich voordoet, niet weten wat we moeten doen.
Zoals bij het einde van de Koude Oorlog het geval was, toen de uiteenvallende Sovjet-Unie door het Westen aan haar lot overgelaten werd. Of zoals toen de Democraten onder Franklin D. Roosevelt het presidentschap in handen hadden plus (zeer, zeer zeldzaam!) supermeerderheden in beide huizen van het congres. Roosevelt had het helaas erg druk met het bestrijden van de depressie en aansluitend het winnen van de Tweede Wereldoorlog, maar mocht zo’n vrij unieke situatie zich weer voordoen is dus de eerste taak van een moedige en goedwillende president met oog voor het duurzaam geluk voor iedereen: zichzelf minder machtig maken.

Want het belangrijkste criterium voor een goede, betrouwbare invulling van de functie van staatshoofd lijkt dus te zijn: laat die ceremonieel zijn. Het gezicht zijn voor een natie is gelijk al een erg machtige positie om te bekleden. Dat alleen al is meer dan genoeg macht verzameld in één persoon.
