In 2016 benaderde een producent van pelletkachels mij met de vraag of ik die niet kon doorontwikkelen tot een totaalconcept op het gebied van een thuis energie centrale. Pellets zijn geperste houtsnippers -hernieuwbare biomassa dus- en dat zou dus duurzaam moeten zijn, volgens hen.
Ook al had ik toen al uiteenlopende projecten gedaan op het gebied van duurzame energie: ik had nog nooit iets gedaan met biomassa. Ik hoorde enerzijds kritische geluiden vanuit de duurzaamheidshoek, maar anderzijds zette de EU -met Nederland voorop- er flink op in.
Ik wilde mijn tijd niet verspillen met een greenwashing project, dus ik waarschuwde het bedrijf vooraf: ik zou uiterst kritisch zijn. Ook als zou blijken dat het concept helemaal niet duurzaam was.
Om snel meters te maken, formuleerde ik namens hen een Advanced Concept Design project als input voor verkennende studentenprojecten aan de TU Delft. Zoals gehoopt onderzochten de studenten de opdracht vanuit diverse perspectieven en kwamen met maar liefst 15 uiteenlopende voorstellen voor verdere uitwerking. Sommige waren veelbelovend; andere minder.

Bij de selectie tussen de concepten, bleek dat het bedrijf en ik toch totaal verschillende doelstellingen hadden. De producent koos voor de meest ambitieuze manier om op basis van pellets een huis volledig te voorzien van energie. Hoe meer pellets er verbrand werden; hoe beter. Liefst ook volautomatisch.
Ik wilde 180 graden de andere kant op, want anders kon het nooit duurzaam zijn. Biomassa is weliswaar hernieuwbaar, maar daarmee nog niet per se duurzaam. Als er meer biomassa verstookt wordt dan er duurzaam geproduceerd kan worden, is er steeds minder biomassa te oogsten en raakt de grond uitgeput. En zelfs dan is het de vraag of grootschalige productiebossen nou zo aantrekkelijk zijn. Ze leveren een minimale bijdrage aan de biodiversiteit en worden om die reden ook wel “groene woestijnen” genoemd. Geen echte bossen dus.

De klant wilde het echter omdraaien: de pelletkachel inzetten als een soort mini-elektriciteitscentrale. Dat is erg inefficiënt en ook verre van duurzaam. Daarbij wilde de klant zelfs grote vaten met thermische olie inzetten als warmtebuffers, om constante stroom te kunnen garanderen. De leverancier van thermische olie die ik over dit onzalige idee sprak, raadde deze toepassing zelf alleen al vanwege de veiligheidsissues nadrukkelijk af. Dat is veelzeggend.
Dus de oplossingsrichting die ik koos, was juist heel compact en zuinig. Die bestond uit een kleine pelletkachel, die water zou verwarmen en met behulp van thermo electric generators (TEGs) elektriciteit zou genereren uit het warmteverschil tussen de kachel en het verwarmde water: een Hydro Pellet Power Station.
https://www.youtube.com/embed/W2mU9veUqV0?feature=oembedHet inspirerende FireVolt project heeft een andere doelgroep, gebruik en brandstof, maar vertoont verder veel overeenkomsten met de door mij voorgestelde richting. Ook hier is elektriciteit een prettig bijproduct van de hoofdfunctie, maar niet het primaire doel.
Het vullen van de kachels met nieuwe pellets zou handmatig gebeuren, waardoor de gebruiker zich bewust wordt van het energieverbruik en niet makkelijk teveel verstookt.

De HPPS zou energie weer bijna net zo tastbaar maken als die was toen mensen nog zakken met kolen naar huizen moesten sjouwen. Lang geleden? Dat gebeurde nog tot ver in de jaren vijftig!
Als je de verwarming een graadje hoger zet, merk je dat gelijk aan het aantal keren dat je de pelletkachel bij moet vullen. En dus is de kans groter dat je zuiniger wordt.
De visies van mij en de opdrachtgever waren duidelijk onverenigbaar. De samenwerking heeft na dit studentenproject geen vervolg gekregen.
Reflectie
Ik heb veel geleerd over biomassa. Hernieuwbaar, maar daarmee nog niet duurzaam.
Ik was destijds hevig teleurgesteld in de samenwerking met de producent van pelletkachels. Ik dacht vanaf het allereerste begin heel transparant te zijn geweest over mijn doelstellingen, maar bleek toch te werken voor een bedrijf met een heel andere insteek. Ik heb me niet voor het karretje van een greenwashing project laten spannen, maar dat scheelde maar een haartje.
Dat was frustrerend. Als je echt iets nieuws wilt realiseren, is de kans groot dat het niet lukt. That’s all in the game.
Maar dit bedrijf bleek achteraf oneerlijk over haar eigen motivatie. Dat leid ik vooral af aan het feit dat ik mijn calculaties en argumentaties openlijk met hen deelde, maar dat ze die van hun geheim hielden. “Wij komen tot andere conclusies”. Daar moest ik het maar mee doen.
De frustratie over dit project heeft inmiddels allang plaatsgemaakt voor de dankbaarheid voor de leerervaring. Oog voor verdienmodellen had ik altijd al, maar na deze ervaring ben ik scherper gaan letten op de superieure verdienmodellen. En er wordt nou eenmaal veel meer verdiend aan de pellets zelf, dan aan pelletkachels.
Dus: weer wat geleerd…
